Geschreven door: Wendy Sterkman - Kindercoach en Pedagoog
*Het kind wordt hieronder als ‘hij’ aangeven, dit is natuurlijk ook als ‘zij’ bedoeld.

Van kleins af aan ontdekken kinderen de wereld om hen heen. Het ontdekken van hun wereld stimuleert een kind in zijn ontwikkeling. Een kind leert te gaan zitten, kruipen, lopen, praten, sociale contacten aangaan etc. Deze ontdekkingsdrang zit van nature in een kind. Naast dat ze daarbij onze aanmoediging en begeleiding nodig hebben, is het ook belangrijk om bij hun ontdekking grenzen te stellen. Op die manier leert een kind wat wel of niet veilig is. Een jong kind kan dit zelf nog niet inschatten en heeft dus grenzen van ons nodig. Zoals bijvoorbeeld; we lopen op de stoep, bij het oversteken geven we elkaar een hand...

Grenzen stellen bij hun ontdekking leert een kind ook de basisregels van de sociale omgang.
Hoe gaan we met elkaar om? Hoe gedraag ik me? Een kind leert om te gaan met normen en waarden, en rekening te houden met de gevoelens en wensen van anderen. Een kind leert op zijn beurt te wachten i.p.v. dat we alles allemaal tegelijk kunnen doen. 

Zie grenzen stellen niet als straffen, want dat is het zeker niet. Grenzen stellen geeft duidelijkheid en duidelijkheid geeft een kind een veilig gevoel. Het is niet alleen maar wat een kind niet mag, maar juist ook wat hij wél mag. Een kind ervaart en leert waar hij aan toe is, wat er van hem verwacht wordt, maar ook wat hij van de opvoeders kan en mag verwachten.
Door deze duidelijkheid en het gevoel van kunnen ontdekken in een veilige omgeving, zal het zelfvertrouwen van een kind vergroten. Een kind krijgt vertrouwen in zijn omgeving. Een fijne omgeving waarin hij de ruimte krijgt om te ontdekken, te leren en te ontwikkelen.

Maar welke grenzen hanteer je binnen je gezin of op de opvang? Bepaalde grenzen zullen gehanteerd worden om de veilgheid van een kind te waarborgen, zoals bijvoorbeeld als we op de trap lopen dan houden we de trapleuning vast, we lopen over een zebrapad, we kijken goed voordat we oversteken etc.
Grenzen stellen bij normen en waarden die je een kind mee wil geven, is afhankelijk van wat je een kind mee wilt geven en waar je voor staat. Dit kan je zien als regels binnen een gezin of binnen de opvang.
We wachten op elkaar voordat we gaan drinken en/of eten, we hangen onze jas op aan de kapstok, als er al iemand praat dan wacht ik op mijn beurt etc.
Dit zijn grenzen die je met elkaar bespreekt, conseqent doorvoert en met het ouder worden van een kind wellicht bij stelt.

De manier waarop grenzen worden gesteld is belangrijk. Kinderen ontwikkelen zich het beste als de grenzen op een rustige en positieve manier geintroduceerd en uitgelegd worden. Als je je hierbij ook nog inleeft in het kind en begrip toont voor zijn gevoelens, zullen ze de grenzen eerder naleven. Ze krijgen begrip van de opvoeder, ondanks dat ze het wellicht anders zouden willen op dat moment. 'Ik begrijp dat je het liefst nog een koekje wilt, ze zijn ook erg lekker. Alleen gaan we zo eten en we eten geen koekjes vlak voor het eten.' 'Ik weet dat je zelf kan lopen, alleen als we oversteken geef je me een hand'.

Let er wel op dat er niet te veel grenzen opgesteld worden. Dit kost té veel energie, zowel voor jezelf als voor het kind om deze allemaal na te leven en te onthouden. Ga na wat je echt belangrijk vindt en stel daar grenzen bij. En respecteer de grenzen van het kind. Jonge kinderen voelen al goed aan of dat ze wel of niet aangeraakt willen worden of bijvoorbeeld al genoeg hebben gegegeten. Door deze grenzen te respecteren, leert een kind ook naar zijn eigen gevoel te luisteren. Dit leert een kind de grenzen van zichzelf en die van anderen te respecteren. En het vergroot hun zelfvertrouwen!

Succes!